Docenten Nederlands 15-18 | niveau 3 | Het woeden der gehele wereld
Introductie
Maarten 't Hart (1944) heeft sinds de publicatie van zijn eerste roman Stenen voor een ransuil in 1971 vele romans en verhalenbundels gepubliceerd. Daarnaast publiceert hij essays en zijn er regelmatig bijdragen van hem in kranten en tijdschriften te vinden.
Als bioloog publiceerde hij ook over zijn wetenschappelijk onderzoek. Heel bekend werd hij met Een vlucht regenwulpen uit 1978, dat verfilmd werd door Ate de Jong. In zijn werk zijn vaak elementen terug te vinden die in zijn eigen leven ook een rol speelden of spelen: zijn gereformeerde verleden in Maassluis, zijn werk als bioloog en zijn liefde voor de klassieke muziek (met name Bach en Mozart).
Maarten 't Hart is een echte verteller, die zijn personages met humor weet neer te zetten. Critici verwijten hem nogal eens dat hij weinig vernieuwend is. Het vertellende karakter spreekt echter een grote groep lezers aan.
In 1975 kreeg hij voor zijn verhalenbundel Het vrome volk de Multatuliprijs, in 1978 de Jan Greshoffprijs voor zijn essaybundel De som van misverstanden. Zijn werk is in vele talen vertaald.
Als bioloog publiceerde hij ook over zijn wetenschappelijk onderzoek. Heel bekend werd hij met Een vlucht regenwulpen uit 1978, dat verfilmd werd door Ate de Jong. In zijn werk zijn vaak elementen terug te vinden die in zijn eigen leven ook een rol speelden of spelen: zijn gereformeerde verleden in Maassluis, zijn werk als bioloog en zijn liefde voor de klassieke muziek (met name Bach en Mozart).
Maarten 't Hart is een echte verteller, die zijn personages met humor weet neer te zetten. Critici verwijten hem nogal eens dat hij weinig vernieuwend is. Het vertellende karakter spreekt echter een grote groep lezers aan.
In 1975 kreeg hij voor zijn verhalenbundel Het vrome volk de Multatuliprijs, in 1978 de Jan Greshoffprijs voor zijn essaybundel De som van misverstanden. Zijn werk is in vele talen vertaald.
Inhoud
Het boek vertelt het verhaal van Alexander Goudveyl, die opgroeit in een niet nader genoemd stadje aan de Nieuwe Waterweg. In 1956, als hij twaalf jaar oud is, wordt er achter zijn rug een moord gepleegd op de politieagent Vroombout. Die moord gaat terug op een authentiek voorval: in 1956, pal voor Kerstmis, werd in Maassluis tijdens een groots opgezette evangelisatiecampagne op klaarlichte dag een politieagent doodgeschoten.
De vraag of de moordenaar het eigenlijk op hem gemunt had en waarom, loopt als een rode draad door het leven van Alexander, die ervan droomt componist te worden. En wat heeft de moord te maken met de haringlogger die op 7 mei 1940 vanuit de haven naar Engeland vertrok?
Gedurende het verhaal krijgt Alexander aanwijzingen over de door hem verdachte personen. Wie de moord heeft gepleegd, wordt niet met zoveel woorden gezegd. Echter, de oplettende lezer kan er zeker achter komen met behulp van de aanwijzingen in het verhaal.
De vraag of de moordenaar het eigenlijk op hem gemunt had en waarom, loopt als een rode draad door het leven van Alexander, die ervan droomt componist te worden. En wat heeft de moord te maken met de haringlogger die op 7 mei 1940 vanuit de haven naar Engeland vertrok?
Gedurende het verhaal krijgt Alexander aanwijzingen over de door hem verdachte personen. Wie de moord heeft gepleegd, wordt niet met zoveel woorden gezegd. Echter, de oplettende lezer kan er zeker achter komen met behulp van de aanwijzingen in het verhaal.
Moeilijkheid
Voor de N2-lezer kan de overgang tussen proloog en het eigenlijke verhaal verwarring opleveren en de motivatie om door te lezen hinderen. Ook het wat open einde - wie de dader is, wordt niet zonder meer duidelijk - kan voor de minder ervaren lezer, die moeite heeft de aanwijzingen te combineren, voor een kater na afloop zorgen.
Voor de N3-lezer is Het woeden der gehele wereld een goed leesbaar boek. Het taalgebruik is niet ingewikkeld. De uitdaging zit hem in het zelf achterhalen van de dader van de moord aan de hand van de aanwijzingen. Ook het construeren van de thematische laag door het combineren van titel, motto en motieven in het verhaal doet een beroep op het analyserend en interpreterend vermogen van de lezer. Een N4-lezer zal hier beduidend beter mee uit de voeten kunnen dan een N3-lezer.
De N4-lezer zal weinig moeite hebben met het lezen van het verhaal. Daarnaast kan hij plezier beleven aan het beroep dat gedaan wordt op zijn analyserend en interpreterend vermogen. Het boek heeft de lezer die op zoek is naar emotionele diepgang echter niet veel te bieden.
Voor de N3-lezer is Het woeden der gehele wereld een goed leesbaar boek. Het taalgebruik is niet ingewikkeld. De uitdaging zit hem in het zelf achterhalen van de dader van de moord aan de hand van de aanwijzingen. Ook het construeren van de thematische laag door het combineren van titel, motto en motieven in het verhaal doet een beroep op het analyserend en interpreterend vermogen van de lezer. Een N4-lezer zal hier beduidend beter mee uit de voeten kunnen dan een N3-lezer.
De N4-lezer zal weinig moeite hebben met het lezen van het verhaal. Daarnaast kan hij plezier beleven aan het beroep dat gedaan wordt op zijn analyserend en interpreterend vermogen. Het boek heeft de lezer die op zoek is naar emotionele diepgang echter niet veel te bieden.
Dimensies |
Indicatoren |
Toelichting | Complicerende factoren |
Algemene vereisten |
Bereidheid | Als de lezer bereid is om een boek van ruim 300 pagina's ter hand te nemen, is er geen probleem. |
Interesses |
Het woeden der gehele wereld zal in de eerste plaats lezers aanspreken die op zoek zijn naar spanning: wie heeft de moord gepleegd?
|
|
Algemene kennis |
De tekst is zonder veel algemene kennis te volgen. Enige kennis van de Tweede Wereldoorlog helpt om de proloog beter te kunnen plaatsen.
|
|
Specifieke literaire en culturele kennis |
Specifieke literaire kennis is niet nodig om het verhaal te kunnen volgen. Kennis van het christelijk geloof en kennis van klassieke muziek zijn van nut om het boek en de thematiek beter te doorgronden. Vooral hierin ligt de uitdaging voor de N4-lezer, die op zoek is naar interne verbanden. De verwijzingen naar het christelijk geloof en de klassieke muziek kunnen de horizon van de N3-lezer verbreden. Het ontbreken van die kennis is echter geen belemmering om het boek te kunnen waarderen.
|
|
Vertrouwdheid met literaire stijl |
Vocabulaire |
Het taalgebruik is een mengeling van alledaags taalgebruik en aan de Bijbel ontleend woordgebruik. Het is over het algemeen voor de gemiddelde lezer geen probleem. Wel kunnen de citaten uit het Duits en Frans, evenals de muzikale termen waaraan regelmatig gerefereerd wordt, lastig zijn.
|
Zinsconstructies |
De zinsbouw is eenvoudig.
|
|
Stijl | De verteltoon is luchtig. Veel dialogen. | |
Vertrouwdheid met literaire personages |
Karakters |
De hoofdpersoon is een round character. De personen om hem heen worden vooral als typen beschreven. Echt meeleven met de hoofdpersoon doe je als lezer niet, omdat er niet veel emotionele diepgang is.
|
Aantal karakters |
Naast de hoofdpersoon wordt het verhaal bevolkt door een redelijk aantal personages. Voor de N2-lezer kan dit verwarrend zijn.
|
|
Ontwikkeling van karakters |
Na de proloog zullen er wat vragen zijn over de rol van de personages daarin. In deel 2 wordt de verhouding tussen de hoofdpersoon en de overige personages steeds duidelijk beschreven door de ik-persoon. In het 3e deel blijkt de oplossing van het raadsel van de moord in de verhouding tussen de verschillende personages in het verleden te liggen.
En passant wordt ook nog de werkelijke afkomst van de hoofdpersoon onthuld. Wil de lezer dat alles goed kunnen begrijpen, dan is oog voor detail van belang. Voor de N2-lezer en wellicht ook voor de N3-lezer zijn waarschijnlijk niet alle raadsels opgelost aan het eind van het verhaal. Voor de N4-lezer zijn de puzzelstukjes op hun plaats gevallen. |
|
Vertrouwdheid met literaire procedés |
Spanning |
Er komt weinig actie voor in het boek. Dat wil niet zeggen dat het boek niet spannend is. De spanning wordt echter bepaald door de gedachten en de zoektocht van de hoofdpersoon en niet door bloedstollende actie. De N2-lezer zal dat ervaren als een teleurstelling. Voor de N3- en N4-lezer wordt het ontbreken van actie echter ruimschoots gecompenseerd door de psychologische spanning die de zoektocht van de hoofdpersoon oproept.
|
Chronologie |
Het verhaal begint met een proloog die zich afspeelt in 1940. Deel 2 bestaat uit één grote flashback, die de jeugd van de hoofdpersoon vanaf begin jaren vijftig tot en met zijn huwelijk beschrijft. Tussen deel 2 en 3 zit een tijdsprong van een (onbekend) aantal jaar, de hoofdpersoon is inmiddels al een tijd getrouwd. Voor een N2-lezer is dit misschien moeilijk te overzien. Geen probleem voor N3 en N4.
|
|
Verhaallijn(en) |
Het verhaal is opgebouwd uit twee verhaallijnen. De afstandelijk vertelde geschiedenis over de logger uit de proloog en het levensverhaal van de hoofdpersoon Alexander Goudveyl, die vanaf 1956 geplaagd wordt door de vraag 'waarom God hem zocht te doden'. De ontknoping vindt plaats in deel 3.
|
|
Perspectief |
De proloog, deel 1, is geschreven in een auctoriaal perspectief. In deel 2 en 3 is sprake van een ik-perspectief. Een onervaren N2-lezer zou hierdoor het spoor bijster kunnen raken.
|
|
Betekenis |
Op elk niveau is de hamvraag: wie heeft de moord gepleegd en waarom? Voor N2-lezers en mogelijk ook een deel van de N3-lezers zal het een uitdaging zijn om de aanwijzingen in het verhaal zodanig te combineren dat de werkelijke dader aangewezen kan worden. Het handelen van Vroombout (pedofilie, verraad) zal met name bij N3-lezers (en misschien ook bij een deel van de N2-lezers) de discussie kunnen oproepen over de morele aanvaardbaarheid daarvan. Het interpreteren van het verhaal door middel van het combineren van titel, motto en de verhaalmotieven ontleend aan muziek en geloof, zal met name de N4-lezers aanspreken.
|
|
Relevante bronnen voor docenten |
'Maarten 't Hart', op: dbnl.org
|