Docenten Nederlands 15-18 | niveau 3 | Schuilhuisje
Introductie
Lena Kurzen (die/diens, 1982) is oorspronkelijk Duits en is naar Nederland gekomen om logica te studeren. Voor Critical Minds begeleidde die als gepromoveerde logicus allerlei projecten in de scheepsbouw. Kurzen schreef voor Papieren helden verhalen. Elke drie weken schrijft die voor shortreads.nl een kort verhaal over de actualiteit. Schuilhuisje (2024) is Kurzens debuutroman.
Inhoud
Een stel werkt in coronatijd vanuit huis, aan de keukentafel. De vrouwelijke ik-persoon is behoorlijk wat jaren jonger dan de man, die uit een eerdere relatie een zoon heeft, Joris. De vrouw schrijft al haar gedachten aan de man, in de jij-vorm, zonder dat zij die gedachten uitspreekt. Je zit dus eigenlijk opgesloten in haar hoofd. Door de diverse dialogen zie je wel reacties van de man op uitspraken of gedrag van de hoofdpersoon en kun je je een beeld vormen van de relatie tussen beiden, zij het behoorlijk gekleurd door de ik-persoon. Omdat de man en vrouw noodgedwongen voortdurend in elkaars nabijheid verkeren, lopen de ergernissen regelmatig hoog op. De vrouw verzorgt per ongeluk zijn bonsaiboompje niet helemaal goed en als wraak daarop laat de man haar klaverplantje helemaal opeten door hun twee cavia’s. De cavia’s gaan kort daarna dood en dan begint de relatie behoorlijk te ontsporen. De vrouw ontdekt dat de man een dubbelleven leidt. Ze slingert heen en weer tussen ontkenning en nieuwsgierigheid. Aan het eind lijkt het erop dat de vrouw ‘eindelijk’ de man het huis uitzet, maar ze zoekt hem vervolgens toch weer op. Dat roept bij de lezer heel wat vragen op.
Moeilijkheid
Ondanks het feit dat het boek gaat over een volwassen relatie is het toch heel toegankelijk en herkenbaar voor leerlingen. Iedereen die corona heeft meegemaakt, zal zich herkennen in de kleine en grotere ergernissen die ontstaan als twee mensen te lang dicht op elkaar zitten te werken. Het boek is met behoorlijk wat humor geschreven, waardoor het prettig leest. Daar komt ook nog spanning op verschillende niveaus bij: waarom spreken de twee hun gedachten niet naar elkaar uit? Hoelang zal dat goed gaan? Er gebeurt aanvankelijk weinig spectaculairs. Het is alledaags gerommel op de vierkante meter. De spanning en pijnlijke humor rondom het bonsaiboompje en de cavia’s maken dat je meegesleept wordt. Daarna komt er een spanningslaag bij: de man leidt een dubbelleven. Je wilt als lezer graag weten wat er aan de hand is, maar de vrouwelijke hoofdpersoon neemt dan juist gas terug, omdat ze dit dubbelleven het liefst ontkent. Op dat moment ontstaat er ongeduld en weerstand bij de lezer: ‘Zet die kerel het huis uit!’ wil je roepen, maar de vrouw volgt haar eigen logica. De ervaren lezer kan deze spanning als een trucje gaan ervaren, dat uiteindelijk een beetje teleurstelt. Het boek is echter niet al te dik, waardoor er weinig drempels te nemen zijn.
Didactische en letterkundige analyse
Dimensies |
Indicatoren |
Toelichting | complicerende factoren |
Algemene vereisten |
Bereidheid |
De lezer moet bereid zijn een boek te lezen waarin de gebeurtenissen zich vooral op de vierkante meter rond de keukentafel afspelen. |
|
Interesses |
Het boek is interessant voor lezers die belangstelling hebben voor de negatieve effecten van de coronatijd op relaties, maar ook voor relaties in het algemeen. Het boek is duidelijk een psychologische roman die vragen opwerpt over welke verlangens je wel en niet uitspreekt naar je partner en wat voor gevolgen die keuzes kunnen hebben. Ook laat het boek zien dat mensen van elkaar kunnen blijven houden en bij elkaar willen blijven, zelfs als er sprake is van bedrog. Dat is een interessante psychologische kwestie. |
|
Algemene kennis |
Het is handig als je wat kennis/herinnering hebt van/aan de lockdown tijdens corona. Anders begrijp je misschien niet waarom ze zo op elkaars lip zitten. |
|
Specifieke literaire en culturele kennis |
Niet van toepassing. |
Vertrouwdheid met literaire stijl |
Vocabulaire |
Zeker niet ingewikkeld. Kurzen zelf geeft in een radio-interview aan dat diens woordenschat niet heel uitgebreid is, omdat die van oorsprong Duits is. Dat maakt het schrijfproces volgens Kurzen eenvoudiger, omdat er weinig keuzes zijn. Toch komt het boek zeker niet taalarm over. |
|
Zinsconstructies |
Een afwisseling van enkelvoudige zinnen en niet al te ingewikkelde samengestelde zinnen. |
|
Stijl |
Vrij zakelijk, met een licht-ironische ondertoon: ‘Later keek ik op internet en ontdekte ik dat die kleine tube net zoveel kostte als al mijn potjes dag- en nachtcrèmes bij elkaar. Ik vind het jammer dat je het serum niet op de diepe groeven in je voorhoofd of bij je mondhoeken smeert, maar juist op de kraaienpootjes rond je ogen waar ik zo van hou.’ Tussen de gedachten bevinden zich regelmatig korte dialogen. |
Vertrouwdheid met literaire personages |
Karakters |
Het verhaal draait vooral om de man en de vrouw. Aan het eind komen ook even Joris en de ex-vrouw het verhaal binnen. |
|
Aantal karakters |
Heel overzichtelijk. |
|
Ontwikkeling van en verhouding tussen de karakters |
Gedurende het verhaal zit je opgesloten in het hoofd van de vrouwelijke ik-persoon. Je volgt haar ‘logica’ en die is bijzonder. Je verwacht dat ze uit haar vel springt van woede, op sommige momenten. Dat verwacht je ook van de man. Toch gebeurt dat niet. In het boek wordt dus juist gespeeld met een door de lezer ‘verwachte’ ontwikkeling, die uitblijft. In de vrouwelijke hoofdpersoon zie je wel een lichte afwisseling tussen ontkenning en nieuwsgierigheid, ergernis en liefde, maar daar blijft het bij. |
Vertrouwdheid met literaire procedés |
Spanning |
De spanning bevindt zich in verschillende lagen. Eerst is daar de oppervlakkige spanning van de kleine ergernissen die rond de keukentafel ontstaan over alledaagse zaken. De spanning neemt toe bij de boosheid omtrent de bonsaiboom en cavia’s, maar dat betreft nog steeds alledaagse zaken. Geleidelijk aan komt er een spanning bij en dat is de psychologische spanning, waarin het aandeel van de lezer van belang wordt: je gaat je als vanzelf distantiëren van de ik-persoon. Terwijl je eerst nog argeloos in haar hoofd zat, ga je je steeds meer verbazen en misschien uiteindelijk zelfs verzetten tegen haar gedrag en zwijgzaamheid ten opzichte van hem, afhankelijk van hoe tolerant jij zelf bent of zou zijn in een relatie. Juist dat brengt de lezer bij de spanning op het niveau van de thematiek van het boek: je gaat nadenken over de houdbaarheid en functie van relaties in een mensenleven. |
|
Chronologie |
Het verhaal is chronologisch verteld. Af en toe krijg je een herinnering te lezen van de ik-persoon. Meestal is iets wat er in de keuken gebeurt aanleiding tot zo’n herinnering. |
|
Verhaallijn(en) |
Er is maar één verhaallijn. |
|
Perspectief |
Het perspectief ligt het hele verhaal bij de vrouwelijke ik-persoon. |
|
Betekenis |
Voor de lagere niveaus is het boek misschien vooral een feest van herkenning wat betreft de kleine alledaagse ergernissen die ontstaan bij een lockdown, omdat die best heel humoristisch worden beschreven. Toch werpt het boek algauw vragen op over de houdbaarheid van relaties: wat accepteren we van elkaar en wat niet? Is samenleven met iemand die jou regelmatig kwetst en bedriegt toch te verkiezen boven eenzaamheid? Meer ervaren lezers zullen de opbouw van spanning in verband brengen met de uitzonderlijke persoonlijkheid van de verteller, van wie de lezer steeds meer afstand gaat nemen, omdat ze zich wel heel erg verdraagzaam opstelt tegenover haar partner. |
Relevante bronnen voor docenten |
|
Kort radio-interview in 'Opium' over Schuilhuisje en het verband met Kurzens studie logica |
Externe leestips |
|
|
Auteur docentinfo |
Dietske van den Berg-Geerlings |