Docenten Nederlands 15-18 | niveau 4 | Het huis van de moskee
Introductie
De bestseller Het huis van de moskee (2005) betekende de definitieve doorbraak van Kader Abdolah in de Nederlandse literatuur. Het is na Spijkerschrift (2000) de tweede roman waarin de schrijver 'terugkeert' naar zijn geboorteland. Niet langer draait het om de thematiek van ballingschap en het leven en schrijven in een vreemd land en een vreemde taal. Abdolah schetst de geschiedenis van Iran sinds eind jaren zestig, aan de hand van de lotgevallen van de bewoners van het huis van de moskee. Daarmee levert hij commentaar op de verschillende mogelijkheden om volgens de islam te leven.
Inhoud
Let op: onderstaande tekst bevat belangrijke details over de afloop van het verhaal.
In de Iraanse provincieplaats Senedjan staat 'het huis van de moskee', een eeuwenoud huis dat aan de moskee vastzit. Het wordt bewoond door de hoofdpersoon Aga Djan en zijn omvangrijke familie. Aga Djan is als hoofd van de moskee en van de bazaar ongeveer de belangrijkste man van Senedjan. Het huis van de moskee staat voor traditie, oude cultuur en milde islam. Maar de tijden veranderen en de tradities komen onder druk te staan. Gestimuleerd door de pro-Amerikaanse sjah dringen moderne westerse invloeden ook Senedjan en zelfs het huis van de moskee binnen. De jonge Shahbal, die ooit zijn oom Aga Djan moet opvolgen, staat wel open voor deze vernieuwing. Dan komt Iran in de greep van de politieke, militante islam, die alle moderne ontwikkelingen weer wil terugdraaien, desnoods met geweld. Het huis van de moskee wordt verscheurd door de tegenstellingen, en Aga Djan verliest de controle. Leden van dezelfde familie komen tegenover elkaar te staan; aan beide kanten vallen slachtoffers. Shahbal is actief binnen het linkse verzet tegen het Khomeini-regime; na de nodige liquidaties van fundamentalistische tegenstanders, waaronder een belangrijk familielid, vlucht hij naar het buitenland. Het boek eindigt met de brief die hij vanuit Den Haag naar Aga Djan stuurt.
Moeilijkheid
Het huis van de moskee is wel een dik, maar geen moeilijk boek. Het verhaal wordt behoorlijk spannend en met vaart verteld en bevat aardig wat actie. De N3-lezer moet uit de voeten kunnen met een (relatief) dik boek met moeilijke namen en vreemde woorden; hij moet ook volwassen genoeg zijn om kritische vragen over geloof en traditie aan te kunnen. Voor de N4-lezer kan het beroep dat op zijn belangstelling voor de recente geschiedenis van Iran en voor een vreemde cultuur wordt gedaan, stimulerend zijn; ook de literaire verpakking bevat voor hem de nodige uitdaging. De N5-lezer kan zich nog laven aan Abdolahs stijl en beeldtaal en filosoferen over de verhouding tussen werkelijkheid en fictie.
Lezers met een islamitische achtergrond die dit boek kiezen vanwege het woord 'moskee' in de titel, moeten zich realiseren dat er enige ruimdenkendheid gevraagd wordt.
Dimensies |
Indicatoren |
Toelichting | complicerende factoren |
Algemene vereisten |
Bereidheid | Het huis van de moskee vraagt wel iets van de lezer: het is een dik boek en het gaat over een - voor velen - onbekende wereld (islam; Iran vanaf de jaren zeventig); het bevat ook vreemde woorden, die in de woordenlijst achterin worden verklaard. Het verhaal wordt wel goed en ook spannend verteld, waardoor de lezer er snel inzit. |
Interesses | Belangstelling voor religie, cultuur en geschiedenis is een voordeel. | |
Algemene kennis | De lezer zou eigenlijk wel iets moeten weten van de (politieke) geschiedenis van Iran: het tijdperk van de sjah en de islamitische revolutie. Voor de N4-lezer vormen de kritische vragen die het boek oproept over de spanning tussen traditie en vernieuwing een uitdaging. | |
Specifieke literaire en culturele kennis | Een zekere basiskennis van de islamitische cultuur en religie is gewenst. De lezer wordt getest in zijn opvattingen over feit en fictie. | |
Vertrouwdheid met literaire stijl |
Vocabulaire | De taal is betrekkelijk eenvoudig. Vreemde woorden worden in de woordenlijst achterin verklaard; zo kan ook de N3-lezer zich goed redden. |
Zinsconstructies | Eenvoudige zinnen, goed te volgen. | |
Stijl | De stijl is eenvoudig, soms dichterlijk en beeldend. Er is veel directe rede. De verteltrant is tegelijkertijd concreet en sfeervol. | |
Vertrouwdheid met literaire personages |
Karakters | Niet te ingewikkeld. |
Aantal karakters | Er zijn behoorlijk veel verhaalfiguren, met moeilijke namen. Het overzicht voorin het boek helpt bij de identificatie onderweg. | |
Ontwikkeling van en verhouding tussen de karakters | Bij verschillende verhaalfiguren zien we hoe zij zich ontwikkelen. Het zijn logische, goed bij hen passende ontwikkelingen, die de lezer dus niet in verwarring zullen brengen. | |
Vertrouwdheid met literaire procedés |
Spanning | Er zit, na een rustige start, flink veel actie in dit boek. De lezer wordt in de vaart meegesleept. |
Chronologie | Het grote verhaal wordt chronologisch verteld. | |
Verhaallijn(en) | Rond de hoofdlijn zijn er de nodige verwikkelingen; het personage Aga Djan is de spil bij wie alles samenkomt. | |
Perspectief | Er is sprake van een alwetende verteller, hoewel het verhaal zich in grote delen zo concentreert op het personage Aga Djan, dat het perspectief bijna personaal lijkt. Het boek bevat echter diverse passages die zijn perspectief te boven gaan. Voorin het boek wordt Shahbal genoemd als 'de man die later het verhaal van de moskee vertelt'; die rol vervult hij binnen dit boek echter niet. Door de niet helemaal consistente aanpak van het perspectief kan er twijfel rijzen over het gezag van de verteller - een mooie opgave voor de N5-lezer. | |
Betekenis | Dit boek kan op verschillende niveaus gelezen worden. De N3-lezer zal misschien vooral de verhaallaag - de feiten - waarderen. De lezers van de hogere niveaus kunnen juist vraagtekens plaatsen bij de presentatie van de feiten. | |
Relevante bronnen voor docenten |