Docenten Nederlands 15-18 | niveau 4 | Reize door het Aapenland
Introductie
Achter het pseudoniem van (medisch) doctor J.A. Schasz gaat volgens literatuurwetenschappers de schrijver Gerrit Paape (1752-1803) schuil, mogelijk tot 1780 voorafgegaan door Pieter 't Hoen (1744-1828). Paape maakte deel uit van de patriottenbeweging, die in 1787 in opstand kwam tegen stadhouder Willem V en zijn regenten. De beweging wilde geen 'schijndemocratie', waarin politici alleen hun eigenbelang najoegen, maar een echte democratie. Maar deze revolutie mislukte en zoals Paape het uitdrukte: 'In Holland veranderen nooit de zaken, alleen de namen.'
Onder het pseudoniem van J.A. Schasz verschenen diverse satirische werken, waaronder Reize door het Wonderland (1780), Toneelwerken (1786), Reize door het Aapenland (1788), Het Land der Willekeurigen (1789), Reize door het Land der Vrijwillige Slaaven (1790), Nieuwe Patriottische Werken (1795) en Vrolijke reis van een Engelschman, door Holland (1796).
In 1995 is Reize door het Aapenland bewerkt voor het toneel door Henri van Zanten en opgevoerd in Groningen en Amsterdam door toneelgroep Grand Crux.
In 2012 verscheen er een biografie over Gerrit Paape door Peter Altena.
Inhoud
Let op: onderstaande tekst bevat belangrijke details over de afloop van het verhaal.
Reize door het Aapenland is een verzonnen (imaginair) reisverhaal. Dat genre was in de achttiende eeuw heel geliefd. Kritische schrijvers gaven hierin hun visie op politiek, kerk en maatschappij, eventueel schuilgaande achter een pseudoniem. Als satire op de Hollandse politiek zal Reize door het Aapenland in 1788 bij de machthebbers niet in goede aarde zijn gevallen.
Via de ik-verteller maken we kennis met een apenmaatschappij. Daar komt hij terecht na op satirisch-sentimentele wijze zijn vrouw, het dienstmeisje, zijn paard en zijn hond te hebben laten verdrinken. Hij ontvlucht de mensenmaatschappij en belandt bij apen. Die bevolken een samenleving die in vele opzichten menselijk is: met vergaderen, een populariteitsstrijd onder machtshebbers, het beïnvloeden van stemgerechtigden en dergelijke, maar ook met onnozelheid en geilheid. Daarbij is de vervulling van de hartenwens van de apen om daadwerkelijk mens te worden de inzet. Volgens de ene partij wordt deze wens werkelijkheid via een innerlijke aanpassing (wijsheid, eerlijkheid en deugd als dé ideale menselijke eigenschappen). De andere partij gelooft echter uitsluitend in het succes van een uiterlijke aanpassing. De politieke machtsspelletjes ontaarden uiteindelijk in een bloedige keuze: het afhakken van de eigen staarten.
Teruggebracht naar de politieke actualiteit van 1788 staan de verlichte apen die kiezen voor het innerlijk, voor de patriotten waar Paape deel van uitmaakte, en de machtswellustige apen voor de regenten en prinsgezinden. Wie die laatsten volgt en in het verhaal van Reize door het Aapenland niet zelf denkt, verminkt zichzelf.
Bron: Altena, P., Nawoord bij Reize door het Aapenland, Peter Altena en Uitgeverij Vantilt, Nijmegen, 2010.
Moeilijkheid
Voor N3-lezers zal dit een moeilijk boek zijn. Weliswaar is de omvang gering, maar een belangrijk struikelblok zal gevormd worden door het oudere taalgebruik, op het gebied van woordgebruik, spelling en zinsconstructie. Voor hen die doorzetten, zal de eenvoudige chronologische structuur wel te volgen zijn. Daar waar het verhaal echter draait om politieke machtsspelletjes, zal het ver van hen afstaan. Ook zullen de satirische vergelijkingen tussen apen- en mensenmaatschappij hun (groten)deels ontgaan.
Voor N4-lezers is dit boek een uitdaging. Zeker als zij interesse hebben in de hedendaagse politiek en de moeite nemen zich te verdiepen in de historische situatie rond 1788, zullen zij de satire beter kunnen herkennen en waarderen. Maar ook voor hen zal het taalgebruik een moeilijkheid vormen.
N5-lezers beschikken over de literaire ervaring waarmee ze oudere werken kunnen begrijpen, interpreteren en waarderen. Voor hen zal de taal geen belemmerende factor zijn. Zij zullen de parallellen herkennen tussen de apen- en mensenmaatschappij en zien dat deze kritische kijk op het politieke bedrijf van alle tijden is.
Dimensies |
Indicatoren |
Toelichting | complicerende factoren |
Algemene vereisten |
Bereidheid | De toegankelijke, moderne vormgeving en het geringe aantal pagina's zullen voor N4-lezers opwegen tegen het oude taalgebruik. N3-lezers zullen door dit laatste worden afgeschrikt, terwijl het voor N5-lezers inherent aan het historisch karakter van dit boek is. |
Interesses | N5-lezers zullen vooral aangetrokken worden door de satirische vergelijking tussen apen- en mensenmaatschappij en het feit dat veel daarvan ook nu nog herkenbaar is. N4-lezers zullen via bijv. het voorwoord hiervan bewust moeten raken om de dubbele bodems te herkennen en waarderen. N3-lezers zal de ironie en satire (groten)deels ontgaan waardoor ze dit verhaal zouden kunnen beschouwen als een onnozel verzinsel. | |
Algemene kennis | Leerlingen kunnen dit boek beter waarderen naarmate ze kennis hebben van het actuele politieke bedrijf, dus kranten lezen en/of actualiteitenprogramma's volgen. | |
Specifieke literaire en culturele kennis | Kennis van en oog voor beeldspraak helpt bij de waardering van dit boek. Wie alles letterlijk leest, zal de inhoud minder waarderen dan een lezer die ervaring heeft met metaforen, ironie, sarcasme en dergelijke. | |
Vertrouwdheid met literaire stijl |
Vocabulaire | De oudere taal - hoewel deels verklaard - is lastig voor N3-lezers. N4-lezers kunnen dit, met enige inspanning, aan, terwijl het voor N5-lezers past bij een historisch werk. |
Zinsconstructies | Schasz gebruikt af en toe nogal lange en ingewikkelde zinsconstructies. Voor lezers op N3 nogal lastig. | |
Stijl | N4- en N5-lezers zullen meer oog hebben voor de ironie en het sarcasme dan N3-lezers. | |
Vertrouwdheid met literaire personages |
Karakters | De hoofdpersoon is de voornamelijk observerende ik-verteller die er tevens alert op is steeds zijn eigen hachje te redden. Hij maakt geen innerlijke ontwikkeling door. Dat geldt evenmin voor de apenhoofden nr. Een en nr. Vijf. Zij staan qua ideeën en wijze van handelen recht tegenover elkaar. Met name de aanhangers van de laatste moeten het in het boek ontgelden, maar dat wordt alleen duidelijk voor een lezer die de ironie en het sarcasme herkent en zich bewust is van de overeenkomsten met de (historische) werkelijkheid van de mensenmaatschappij. |
Aantal karakters | Bij het lezen over het politieke machtsspel zal het voor N3-lezers lastig zijn de verschillende partijen uit elkaar te houden. De N4-lezers zullen hier met enige moeite wel in slagen. Voor N5-lezers is dit geen probleem. | |
Ontwikkeling van en verhouding tussen de karakters | De politieke verhoudingen zijn tamelijk stereotiep beschreven en van ontwikkeling in personages of verhoudingen is geen sprake. Als een leerling erin slaagt partijen van elkaar te onderscheiden, zal hij de verhoudingen tussen hen ook wel kunnen doorgronden. | |
Vertrouwdheid met literaire procedés |
Spanning |
Het verhaal begint spannend en tevens humoristisch. De dialogen zorgen voor vaart en naar het einde toe loopt de spanning opnieuw op: zullen de apen zichzelf verminken? Er zijn veel korte hoofdstukken die aanmoedigen tot gedoseerd doorlezen, hetgeen voor N4-lezers gezien het taalgebruik noodzakelijk is. De hoofdstukken waarin het politieke machtsspel centraal staat, zullen voor hen lastiger zijn om doorheen te komen. Dit geldt zeker voor N3-lezers. |
Chronologie | Het verhaal wordt chronologisch verteld en zal op dat gebied geen problemen opleveren. | |
Verhaallijn(en) | Eén verhaallijn staat centraal: de belevenissen van de ik-persoon in de mensenwereld, gevolgd door de apenwereld. Aan het eind blijkt sprake te zijn van een droom, waardoor diverse elementen uit het begin opnieuw worden aangestipt (zoals de zwangerschap van het dienstmeisje). | |
Perspectief | Het gehele verhaal wordt vanuit een ik-perspectief verteld. De ik-persoon is vooral observator in de apenwereld. Hij getuigt van verwondering of afschuw; aangezien hij een mens is, wordt tegen hem opgekeken, maar bij het geven van adviezen houdt hij zich op de vlakte. N3-lezers die de oude taal voor lief nemen, zullen de betrokken verteltoon waarderen; N4- en N5-lezers zullen bovendien oog hebben voor de onderkoelde humor van de verteller. | |
Betekenis | Door N3-lezers kan Reize door het Aapenland worden gelezen als een verhaal dat zich afspeelt in een fantasiewereld, vergelijkbaar met Gullivers reizen. Vanaf het eerste tot het laatste hoofdstuk zullen N3-lezers vraagtekens zetten bij het handelen van de hoofdpersoon en de ideeën van de apen. Op hen zal het einde ongeloofwaardig overkomen: welk volk gaat over tot zelfverminking? N4-lezers zullen meer oog hebben voor de ironische betekenis: het volk dat zich door zijn leiders laat indoctrineren en zo tot wandaden in staat is, zelfs als deze gelijkstaan aan zelfdestructie. Zij zullen ook parallellen kunnen trekken met de hedendaagse geschiedenis. N5-lezers zullen nog meer lagen in deze satire ontdekken met behulp van secundaire literatuur (bijvoorbeeld niet alleen het voorwoord, maar ook het nawoord) en het verhaal en de schrijver daardoor kunnen plaatsen in de historische context van 1788. |
|
Relevante bronnen voor docenten |
dbnl.org | A.J. Hanou, 'Verlichte vrijheid. Iets over een denkbeeld in imaginaire reizen' (2002) literatuurgeschiedenis.nl | 'Literatuur en revolutie' literatuurgeschiedenis.nl | 'Gerrit Paape' |